Donderdag van de vierde week

 
 
Donderdag van de 4e week
 Brood uit de hemel
De Joden begonnen te protesteren omdat hij zei dat hij het brood was dat uit de hemel was neergedaald. 'Dat is toch Jezus, de zoon van Jozef? We weten toch wie zijn vader en moeder zijn? Hoe kan hij dan zeggen dat hij uit de hemel is neergedaald?' Jezus zei: 'Ik hoor u bezwaren maken. Toch kan niemand bij mij komen, tenzij de Vader die mij gezonden heeft hem bij me brengt, en ik zal hem op de laatste dag tot leven wekken. Het staat geschreven in de Profeten: "Zij zullen allemaal door God onderricht worden." Iedereen die naar de Vader luistert en van hem leert komt bij mij. Niet dat iemand ooit de Vader gezien heeft - alleen hij die van God komt, heeft hem gezien. Waarachtig, ik verzeker u: wie gelooft, heeft eeuwig leven. Ik ben het brood dat leven geeft. Uw voorouders hebben in de woestijn manna gegeten en toch zijn zij gestorven. Maar dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald; wie dit eet sterft niet. Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven. En het brood dat ik zal geven voor het leven van de wereld, is mijn lichaam.'
Johannes 6,41-51
In het verhaal over het brood van het leven horen we een signaal van gespannen verhoudingen. De gesprekspartners van Jezus worden nu 'de Joden' genoemd. Met deze vijandig bedoelde term wordt een bepaalde houding aangegeven: het lijkt op het mopperen van de voorvaderen in de woestijn. Volgens de evangelist is daarin nog niets veranderd. 'De Joden' hebben de waarheid in pacht. Ze zijn leerlingen van Mozes, weten dat God tot hem gesproken heeft en weten precies waar Jezus moet worden thuisgebracht, want 'zij kennen zijn vader en moeder'. Binnen hun geordende wereld van rechten en plichten is er voor het nieuwe, dat hij brengt, geen plaats. Jezus confronteert hen met heel nieuw onderwijs. Jezus leeft en spreekt vanuit een persoonlijke godservaring, die het gangbare bestel uit zijn voegen licht: hij is uit de hemel neergedaald en heeft de Vader gezien. Wie bij hem in de leer gaat wordt door de waarheid vrijgemaakt. Wie het leven van Jezus tot het zijne of het hare probeert te maken en zijn liefde in zich opneemt zal niet sterven, maar ontdekken dat de vrijheid om God en de mensen met hart en ziel te dienen eeuwig leven is.


God,
u hebt ons vanaf het begin
onderwezen wat tot onze vrede dient.
Til ons uit boven de suggestie
dat kennis gelijk is aan macht.
Het kan ons een positie bezorgen,
maar niet altijd een plaats tussen de mensen.

Laat de eenvoud vermenigvuldigd worden,
zodat we weerstand bieden
tegen de verzoekingen
van verzakelijking en profijtelijkheid.

Blijf ons onderrichten in de school van menslievendheid en voortvarendheid.

 

Reacties: Geen berichten
De reageermogelijkheid is momenteel gesloten.

Website van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland | Bisschoppelijk bureau: Kon. Wilhelminalaan 3, 3818 HN Amersfoort | Tel. 033 - 462 08 75