Zaterdag van de vijfde week

 

 
 
Zaterdag van de 5e week
Ongeloof. Het houdt niet op
Ondanks de wondertekenen die hij voor hun ogen gedaan had, geloofden ze niet in hem. Zo gingen de woorden van de profeet Jesaja in vervulling, die zei: 'Heer, wie heeft onze boodschap geloofd? Aan wie is de macht van de Heer geopenbaard?' Ze konden niet tot geloof komen, want Jesaja heeft ook gezegd: 'Hij heeft hun ogen verblind en hun hart gesloten, anders zouden zij met hun ogen zien en met hun hart begrijpen, zij zouden zich omkeren en ik zou hen genezen.' Jesaja doelde op Jezus toen hij dit zei, omdat hij zijn majesteit zag. Toch waren er ook veel leiders die wel in hem geloofden, maar vanwege de Farizeeën kwamen ze daar niet openlijk voor uit, omdat ze niet uit de synagoge gezet wilden worden. Ze stelden meer prijs op de eer van mensen dan op de eer van God. Jezus had luid en duidelijk gezegd: 'Wie in mij gelooft, gelooft niet in mij, maar in hem die mij gezonden heeft, en wie mij ziet, ziet hem die mij gezonden heeft. Ik ben het licht dat naar de wereld is gekomen, opdat iedereen die in mij gelooft niet meer in de duisternis is. Als iemand mijn woorden hoort maar ze niet bewaart, zal ik niet over hem oordelen. Ik ben immers niet gekomen om over de wereld te oordelen, maar om de wereld te redden. Wie mij afwijst en mijn woorden niet aanneemt heeft al een rechter: alles wat ik gezegd heb zal op de laatste dag over hem oordelen. Ik heb niet namens mezelf gesproken, maar de Vader die mij gezonden heeft, heeft me opgedragen wat ik moest zeggen en hoe ik moest spreken. Ik weet dat zijn opdracht eeuwig leven betekent.'
Johannes 12,37-50
De grote profeet Jesaja wordt in de christelijke traditie vaak aangehaald en zijn woorden worden dan toegepast op Jezus. Johannes zegt letterlijk dat Jesaja met dit citaat Jezus bedoelde. 'Hun ogen blind en hun harten gesloten', als een steen... Het had ook anders kunnen gaan: zij zouden met hun ogen hebben kunnen zien en met hun hart kunnen begrijpen. Ze zouden zich op hun wegen hebben kunnen omkeren en ze zouden genezen worden. Er waren nog een behoorlijk aantal mensen die volgens Johannes wel geloofden maar daar niet voor uit durfden komen, bang om uit de synagoge gegooid te worden. Meer uit op de eer van mensen dan op de eer van God; het komt nog alle dagen voor, dit soort on-geloof. Maar uiteindelijk was het dan ook niet een lijdende Messias die verwacht werd maar één die met veel tamtam en macht zou verschijnen en op zijn minst de Romeinse bezetter eruit zou gooien. Staat daar een zachtaardige goede herder vol barmhartigheid. Nee, voor velen was dit niet het beeld van God en moest hij worden omgebracht. Steekt boven alles uit dat Jezus niet gekomen is om te oordelen maar om de wereld te redden... 


Heer, die de wereld redt,
zie naar ons om.

Gij die niet gekomen zijt
om te veroordelen,
wees barmhartig voor ons.
Gij die ons leven hebt gedeeld
tot in bitterheid en dood,
geef ons toekomst en leven.
 
Reacties: Geen berichten
De reageermogelijkheid is momenteel gesloten.

Website van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland | Bisschoppelijk bureau: Kon. Wilhelminalaan 3, 3818 HN Amersfoort | Tel. 033 - 462 08 75